Naar Inhoud - Alle nummers

64ste jaargang Nr. 1 Januari-Februari-Maart 2017
Verantwoordelijke uitgever, Six Achiel, Leuven

  
Driemaandelijks tijdschrift van het Gewest Leuven

Politieke Gevangenen en Rechthebbenden en hun sympathisanten
Oud-gevangenen van Breendonk en hun sympathisanten

  

Inhoud - Verbroken Boeien 2017 - 1

 
- E-mail van François Sneijkers aan Achiel Six van 02/11/2016
- François Sneijkers
- E-mail van François Sneijkers aan Achiel Six van 28/11/2016
- Dag Papa
- Toespraak door Herbart Beyers van het Gedenkteken Fort van Breendonk
- Tekst Achiel Six
- E-mail van Achiel Six aan François Sneijkers van 14/11/2016
- E-mail van François Sneijkers aan Achiel Six van 15/11/2016
- Overlijdensbericht Victor Dubois
- Artikel Het Belang van Limburg overlijden Jean Dubois
- Aandenken aan de heer René Van Leemput
- Aandenken aan de Heer Gustaaf Lammens
- Sieske Vlieckx - Ik ging door de hel
- Inhuldiging Herdenkingspaneel in Willebroek voor gedeporteerden Breendonk
- Toespraak "Het Truweel" bij inhuldiging gedenkplaat station Willebroek
 
- 64ste verbroken boeien ereleden dienstjaar 2017 lijst 1
- Geachte ereleden (en wie nog erelid wil worden)
- Uitnodiging herdenking overlijden Koning Albert I
- Jaarlijkse bloemenhulde door de Verbroedering  "Geheim Leger"
- Overlijden Generaal van het Vliegwezen August Van Daele

- Vriendenkring Esterwegen - NN: reis naar Gross-Rosen, Auschwitz en Mauthauzen
 

E-mail van François Sneijkers aan Achiel Six van 02/11/2016 - Voorblad - Inhoud

 
Van
:                 "Francois Sneijkers"
Datum:             woensdag 2 november 2016 9:40
Aan:                 "achiel six"
Onderwerp:      afscheid

Goede morgen Achiel, bij deze laat ik jou weten , dat ik nog enkele weken, misschien maanden te leven heb, na een onderzoek van de longen heeft men bij mij een bronchoscopie test gedaan, hetgeen daarop te zien was, viel als een bom op mijn hoofd. Een tumor keek mij aan als een monster, de pijnen die ik bij deze test ondergaan heb, hebben mij doen besluiten om onmiddellijk te stoppen en al de anderen testen die voorzien waren te weigeren.

Mijn vriend, ik wil waardig afscheid nemen van een leven en niet kronkelen van de chemo in mijn bed, de tumor ligt onder mijn slagader, kans voor verstikken en moeilijk om te behandelen, van bestralingen zal er geen sprake zijn, de kans dat mij keel verbrand wordt is groot.

Na rijp overleg met Hilde en dochter Chantal heb ik beslist euthanasie toe te passen, in samenwerking met de paljatieve zorgen.

Nu zaterdagnamiddag ga ik afscheid nemen in het Fort bij de mensen die beschikbaar zijn, en in de maand november (hoe sneller, hoe liever) zal ik verre familie van mij nog eenmaal rondleiden indien het mogelijk is en liefst in het week-end

Achiel mag ik jou en de vriendenkring van harte bedanken voor de goede samenwerking, persoonlijk hoop ik dat je nog lang actief mag zijn, anders zou Leuven hiervan de gevolgen kunnen dragen

Met respect en eerbied wens ik jullie allen een goed en gezond leven toe, een toekomst met veel tolerantie en verdraagzaamheid, de pijlers en het cement van een liefdevol leven.

De voorbije tien jaren heb ik het werk van mijn vader zijn Vaderlandsliefde mogen verder zetten en daar ben ik echt blij om,omhels die leven die de moeite waard is om te vechten voor de goede zaak.

LEVE BELGIE

xx

François xx
_________

Waarom?

________________________________

 

François Sneijkers - Voorblad - Inhoud

"Wat hier is gebeurd mag nooit vergeten worden"

Geboren te Genk op 24/06/1941 en overleden te Aalst op 05/01/2017.
 
Zijn wens aan ons allen was: Een toekomst waar tolerantie en verdraagzaamheid de pijlers zijn van ezen liefdevol leven.

________________________________

E-mail van François Sneijkers aan Achiel Six van 28/11/2016 - Voorblad - Inhoud

Van:                "Francois Sneijkers"
Datum:            maandag 28 november 2016 14:54
Aan:                "achiel six"
Onderwerp:     afscheid

Goede middag Achiel,

Bij deze wil ik jou melden dat ik nog maar enkele weken (?) nog te leven heb. Een grote tumor heeft zich meester gemaakt van mijn long, gevolg na een bronchoscopie die ongelooflijk pijnlijk was , heb ik onmiddellijk besloten alle onderzoeken stop te zettten. Geen chemo en geen bestralingen , samen met mijn vrouw en dochter hebben wij beslist en is ondertussen getekend euthanasie toe te passen , alles is getekend met getuigen enz...

Verder krijg ik paljatieve zorgen dagelijks toegepast.Kortom het komt er hier op neer, ik wil in mijn laatste dagen niet afzien; wel wil ik nog aan jou en de leden een gelukkig leven toewensen. Een toekomst waar tolerantie en verdraagzaamheid de pijlers zijn van een liefdevol leven.

Succes in al wat je onderneemt, het was mij aangenaam jou en Leuven te leren kennen.

 Met warme groeten,

François

________________________________

Dit is voor ons totaal onbegrijpbaar!
 Waarom moeten wij zulke vriend gaan verliezen?

________________________________

  Dag papa - Voorblad - Inhoud

Dag Papa,

Donderdag 5 januari om half twaalf. Dat werd het moment dat er een einde aan je leven zou komen. Het was beslist en zo wou je het. Ik hou van goed geplande zaken, maar deze afspraak kon ik niet noteren. Ik wou ze ook niet onthouden, want het was allemaal zo onwezenlijk en niet te vatten.

Maar dat doen, zou betekenen dat ik je beslissing niet respecteer. En als er iets is wat ik van jou heb geleerd, is dat een woord een woord is en een afspraak een afspraak.

Jij en mama gaven me waarden en normen mee vanaf mijn wieg. Je gaf me mee dat een Sneijkers nooit het hoofd laat hangen, ondanks tegenslag of verdriet. Want dat een Sneijkers er altijd voluit voor gaat. Zelfs op je ziekbed gaf je me nog instructies, tips en goeie raad mee. Maar geloof me, papa, ik heb er nooit zo graag naar geluisterd als op dat moment.

Van jou heb ik ook geleerd dat hard werken, loont. Want dat heb je gedaan, hard gewerkt. Je was een overtuigd militair en in het weekend was je kelner.

Van jou heb ik ook het woord 'engagement' geleerd. Want je was geëngageerd. In het voetbal als trainer en als gids in het Fort van Breendonk. Zowel in het voetbal als in Breendonk heb je vrienden voor het leven gemaakt. Dat bleek de voorbije weken want je had aldoor bezoek.

Van jou heb ik ook geleerd wat dankbaarheid was. Dankbaarheid voor mensen die iets voor je doen. Hoeveel cadeaus je hebt uitgedeeld, kan ik niet zeggen, maar het waren er veel. Zelfs in de laatste dagen van je leven gaf je cadeaus aan het verplegend personeel thuis en in het ziekenhuis. Omdat je dankbaar was voor wat ze voor je deden.

Je was ook mama oneindig dankbaar voor haar intense verzorging tijdens de laatste maanden. Zij kreeg geen cadeau, maar mij gaf je instructies mee voor de toekomst. En je weet, een woord is een woord. Een afspraak een afspraak.

Vorig week zaterdag was het precies 50 jaar geleden dat je mama ontmoette. Jullie trouwden 3 maanden later en ik werd precies 7 maanden na jullie trouwdag geboren. Wel honderd keer heb ik het verhaal gehoord over het hilarische moment toen jij aan mijn grootvader ging vertellen dat jullie 'moesten' trouwen.

We maakten al sinds vorige zomer plannen om op zaterdag 22 april jullie gouden huwelijksjubileum te vieren. Toen in september die vreselijke diagnose viel, bleven we alle vier hopen dat je het zou halen. Het is niet gelukt, maar ik beloof je papa dat die zaterdag toch onze dag wordt.

Papa, in de laatste nacht van je leven hebben we afgesproken dat je mij regelmatig een sein van hierboven geeft. En daar wacht ik op, want een woord is een woord. Een afspraak een afspraak...

Dag papa X

________________________________

Toespraak door HERBART BEYERS, evenementencoördinator  - Voorblad - Inhoud
van het Nationaal Gedenkteken Fort van Breendonk                            

Op 5 november had de vzw « Vrienden van fort Breendonk » een gezellig samenzijn georganiseerd met François en zijn collega's gidsen. We hoorden van dochter Chantal dat hij er écht had naar uitgekeken, en ondanks dat de vermoeidheid al serieus begon door te wegen, was hij die namiddag één brok energie. Dé François zoals zijn vele vrienden hem kennen, vrolijk, ja zelfs luidruchtig, gepassioneerd en dit overgoten met zijn smakelijke humor! Maar François kon ook serieus zijn. Op het einde van de avond klampte hij me vast en zij me overtuigd: "mijn goede vriend, als het zover is moet jij een woordeke zegge" En hier sta ik dan...

Zoals Chantal al zei: het Fort van Breendonk was één van de pijlers in zijn leven. François' vader Joannes Hubertus Sneijkers werd aangehouden te Waterschei door de Gestapo op 19 juni 1942 en kwam na zijn verblijf in de Kriegswehrmachtgefangnis (Begijnenstraat) te Antwerpen in het Fort van Breendonk terecht. Hij had als nummer 389 en verbleef van 3 oktober tot 9 november 1942 in Kamer 5. Vandaar ging hij naar het concentratiekamp Mauthausen tot aan zijn dood op 23 november 1942. Wat die mensen hadden meegemaakt mocht nooit vergeten worden! En daarom had François besloten om gids te worden in dit nationaal gedenkteken. En dat deed hij met volle overtuiging! Ik heb regelmatig bezoekers gezien die van hem een rondleiding kregen, die met tranen in de ogen afscheid namen. Wat François die bezoekers allemaal vertelde weet ik niet... maar ze hingen aan zijn lippen. En ook de jongeren wist hij te bekoren! Graag citeer ik enkele zinnen die zijn neergeschreven in de gulden boek van het Fort.

"De François is een man van goud"

"Dikke duim voor François, dat hij over zo'n vreselijke dingen durft te vertellen"

"François heeft mijn hartje geraakt, echt een vriendelijke man, bedankt!"

"Veel respect voor François. We hebben veel bijgeleerd, en ontzettend van genoten. Dank u"

"De rondleiding was enorm aangrijpend door je inlevingsvermogen. Bedankt François, doe zo verder!"

"Dank u François het was echt een top dag en zeer leerrijk"

"François is een echte topgids !  Bedankt voor de rondleiding, ik heb er veel van geleerd. Heel interessant. Bedankt en succes François".

"Dankuwel! Merci François! Dank u François voor de fantastische rondleiding! Wij wensen jou ook veel liefde toe. Veel geluk!"

"Dankuwel François! Dit was een onvergetelijke ervaring. Je spreekt met passie en weet ons te ontroeren met je verhalen. Je hebt ons kunnen terugbrengen naar WO II. We wensen jou veel beterschap en geluk. Veel liefs Dilsen"

"Bedankt aan onze gids François Sneijkers. Hij heeft het hele verhaal levendig gemaakt. Hopelijk dat we als mensheid niet meer afglijden tot barbaarse praktijken. Dat liefde en verdraagzaamheid het mag winnen tegen extremisme."

"Super rondleiding met een super leider genaamd François. Hebben dankzij hem heel veel bijgeleerd en hij heeft ons allemaal meerdere keren ontroerd. Wij wensen hem evenveel liefde en geluk als hij ons heeft toegewenst. Hij gebruikt zijn kennis over heel het gebeuren om het ons allemaal met heel veel passie te vertellen. Dank u voor alles en tot een volgende keer. We zullen je zeker niet vergeten met je passionele verhalen. Groetjes en veel liefde & respect"

"Bedankt François, onze Limburgse gids, alweer eens een indrukwekkende rondleiding. Tot volgend jaar!"

Volgend jaar zal hij er niet meer zijn als gids, en we zullen hem missen! Maar in onze gedachte zal François altijd aanwezig zijn... bij het zien van de andere gidsen... bij het zien van de 100 000 bezoekers die jaarlijks het fort bezoeken... Want de boodschap die hij koesterde gaat voort. Een afspraak is een afspraak...

________________________________

Tekst van Achiel Six - Voorblad - Inhoud


"Als voorzitter van de Vereniging Breendonk afdeling Leuven

wil ik uit naam van al de leden François danken en de nodige eer betuigen

voor wat hij gedaan heeft ter herdenking van zijn vader en voor al de

slachtoffers die dit hebben moeten doorstaan.

Jouw afscheidswens aan ieder van ons was:

Een toekomst waar tolerantie en verdraagzaamheid de pijlers zijn van een

liefdevol leven.

Dit is zo kenmerkend voor jou.

Evenals de woorden die hij steeds gebruikte bij elke rondleiding in het

Fort van Breendonk:

Wat hier is gebeurd, mag nooit vergeten worden.”

Gedreven, kundig in de materie en zeer expressief gaf hij vorm aan deze rondleidingen.

Wel François, deze woorden gebruiken wij nu ook voor u,

wij zullen jou, je vriendschap en betrokkenheid ook nooit vergeten,

Je was een goed mens.

Rust zacht François."

François, de bestuursleden en leden van Leuven zullen U nooit vergeten, ook de bezoekers aan het Fort waarvan U GIDS was zijn ten zeerste aangeslagen als zij U overlijden vernemen.

Uw GIDSEN gedrevenheid lieten zeer vele sporen na bij de mensen.

Bomvolle kerk spreekt hier ook meer dan boekdelen.

Wij zeggen U geen vaarwel maar tot in het hiernamaals.

________________________________

E-mail van Achiel Six aan François Sneijkers van 14/12/2016 - Voorblad - Inhoud

From:      Achiel Six
Sent:       Wednesday, December 14, 2016 12:36 PM
To:          "François Sneijkers"
Subject:  Uw toestand

François

Hoe, gaat het, niet te veel pijn .

Als Voorzitter Breendonk moet ik van alle leden U en Uw familie zeer veel sterkte toewensen.

François wij blijven vrienden en zullen dezelfde wegen blijven bevaren,

Achiel

Leve onze Koning

________________________________

 Email van François Sneijkers aan Achiel Six van 15/12/2016 - Voorblad - Inhoud

Van:       "Francois Sneijkers"
Datum:    donderdag 15 december 2016 20:30
Aan:        "Achiel Six"
Re:          Uw toestand

Achiel,

Gelieve al de leden van harte te danken voor hun wensen, Leuven ligt in de bovenste schuif bij mij en ik hoop dat 2017 een jaar vol doening en genoegen mag brengen

Succes met de vereniging en in al je ondernemingen

Wanneer de pijnen ondraaglijk worden zal ik goed begeleid worden, mijn lichaam zal verbrand worden op de tonen van Limburgs Volkslied , het liedje van Ramsses Schaffi en Liezbeth lizt, om tot slot op de tonen van Vera Lyn weg te glijden

Mensen die iets te zeggen hebben kunnen dat doen.....

Nog veel liefs en warmte met de komende feestdagen

Francois xx

________________________________

 Overlijdensbericht Jean Victor Dubois - Voorblad - Inhoud
                                

Voor een vergroting klik op de doopdsbrief, venster sluiten om terug te keren

________________________________
  

        Artikel Het Belang van Limburg 09/01/2017 - Overlijden Jean Dubois- Voorblad - Inhoud


Voor een vergroting klik op het artikel, venster sluiten om terug te keren

    ________________________________


Aandenken aan de heer René Van Leemput - Voorblad - Inhoud

.
  
________________________________

Aandenken aan de Heer Gustaaf Lammens - Voorblad - Inhoud



Wij vernemen het overlijden van de Voorzitter van de Oorlogsvrijwilligers van Leuven.
Gustaaf, wij zullen U nooit vergeten. Aan de familie bieden wij onze innige deelneming aan.
Gustaaf, wij  zeggen U geen vaarwel maar tot in het hiernamaals.
  ________________________________

Sieske Vlieckx - Ik ging door de hel - Voorblad - Inhoud

Voor PC's en laptop: Bij sommige foto's kan men op het beeld klikken voor een
vergroting. Het nieuwe venster sluiten om terug naar deze tekst te komen.       
Voor tablet kunnen de foto's eenvoudig groter gemaakt worden                      

Wij, vader moeder en 7 meisjes, woonden in Maaseik. In 1939 betrokken we een huis in de Grote Kerkstraat nummer 25. Mijn ouders baatten er een winkeltje uit met alle mogelijke eetbare waren.

De eerste oorlogswinter bracht reeds ellende, alles werd schaars. Vader werkte nog als helper bij de steenkapper. Negen monden voeden was immers geen lachertje. Na de werkuren trok hij naar de landbouwers op zoek naar eieren, konijnen, kippen...

Ikzelf werkte, na schooltijd en tijdens de verlofdagen op een boerderij in Roosteren, vlak over de Nederlandse grens.

    
Sieske in Roosteren

 
Op het beeld klikken voor een vergroting

Door mijn werkpasje kon ik vrij over de grens passeren. Van die gelegenheid maakte ik ook gebruik om klompen en tabak mee te nemen naar Nederland. In ruil kreeg ik graan en melk. Alles was goed om ons groot gezin te helpen.

Drie zussen gingen uit werken, een vierde hielp moeder, ik en de twee jongsten liepen nog school.

In de winkel verscheen regelmatig juffrouw Nijssen die samen met haar moeder woonde in villa 'La Tourelle’ in Ophoven.

Zij speelde een belangrijke rol in de weerstand en reeds in 1941 sloot zij mijn drie oudere zussen aan. Dit gebeurde zonder het medeweten van mijn ouders.


Villa la Tourelle

Door mijn jeugdige leeftijd, 16 jaar, kwam ik nog niet in aanmerking. Toch wilde ook ik bij hen aansluiten. Op een dag vernam ik iets over enkele verdachten personen en wilde dit overbrengen bij de juffrouw. Dit was mijn kans en het lukte, ik werd opgenomen bij de weerstandsgroepering, toen nog het B.N.B..


Sieske op jeugdige leeftijd

Na mij schooltijd trok ik veel rond naar de landbouwers. Op mijn tochten kreeg ik ook inlichtingen o.a. over de Duitse wachtposten.

Op een avond, midden 1942, kwam de deken van Maaseik thuis aankloppen om onderdak te vragen voor 4 ontsnapte Franse krijgsgevangenen. De volgende dag namen zij plaats op de laatste rij in de rechterzijde van de kerk. Ik nam plaats in de rij voor hen. Na de mis volgden ze mij naar buiten, naar huis. Ze verbleven verschillende dagen thuis alvorens we ze verder konden helpen.

 
Franse krijgsgevangenen

Meer Franse krijgsgevangenen waagden het te vluchten maar we durfden hen niet meer thuis opnemen. Ze werden naar een oude schuur, in de omgeving, gebracht. 's Avonds, als het donker was, brachten we voedsel en drank en verzorgden we hun voeten. Hier moesten ze hun vertrek, met de tram naar Tongeren en van daaruit naar Luik, afwachten. Ze kregen gestolen werkpassen die nodig waren bij eventuele controle op de tram. Voor de foto erop zorgde ik zelf. Wij brachten hen naar Jupille in een depot van Piedboeuf en een volgende koerier bracht hen naar de Franse grens.

Regelmatig werden we in de nacht, opgeschrikt door overtrekkende vliegtuigen, zware bommenwerpers die naar Duitsland trokken om de oorlogsindustrie te vernietigen. Op verschillende plaatsen stonden grote schijnwerpers opgesteld. In de kruising van twee stralen werden de vliegtuigen ‘gevangen’ en daarna beschoten. Voor vele was dit fataal. Menig vliegtuig viel in de omgeving van Maaseik neer. De bemanning die de crash overleefde werd verborgen en verder geholpen. Zo werden de ‘ontsnappingslijnen’ uitgebouwd.

Ik begeleidde ook leden van de vliegtuigbemanning. Daarbij nam ik plaats in een vooraf bepaald rijtuig van de stoomtram naar Tongeren. De mannen volgden mij bij het overstappen op de tram naar Luik. We staken te voet de Maas over en reden verder met de tram naar Jupille. Ik sprak niet met hen. Zij kregen op voorhand instructies die ze strikt moesten volgen. Als er meerdere personen samen werden weggebracht, opereerden we met twee begeleiders.


Een oude stoomtram in Maaseik

Gelukkig waren een aantal families hulpvaardig zodat onderdak en begeleiding mogelijk was.

Op 27 september 1943 werkte ik nog steeds op de boerderij in Roosteren. Terwijl we op het veld werkten, hoorden we vanuit Maaseik de kerkklokken luiden en we zagen een vlag wapperen uit een van de galmgaten. We lieten ons werk in de steek en haastten ons terug de grens over, richting Maaseik.

We zagen een toeloop van mensen aan de kerk. De Duitsers hadden hier de klokkenroof gepland. Het verzet van de bevolking hiertegen was ondertussen bekend bij de Duitse overheid en bij de leden van de  brigade ‘Langemarck’ die in de plaatselijke kazerne gestationeerd waren. Voor hun komst had ik nog de gelegenheid de Belgische vlag uit het galmgat te nemen. Deze verstopte ik achter een schilderij in de kerk.

Er was veel volk aanwezig en niet iedereen kon tijdig ontsnappen. In het kerkportaal werd ik en nog een aantal mensen aangehouden. We werden overgebracht naar de kazerne en opgesloten in cellen.

’s Avonds liet men een aantal mensen vrij maar mijn zus en ik bleven in de cellen. In de vroege morgen kregen we borstels om de vertrekken te poetsen: burelen en verblijven van de Zwarte Brigade. Ze stopten mij een Engelse vlag in de handen om te gebruiken als opneemdoek om de vloer te reinigen. Ik weigerde. Ze brachten mij naar buiten waar de leeuwenvlag wapperde aan een vlaggenmast. Ze legden de Engelse vlag daaronder, op de grond en eisten dat ik er met mijn voeten ging opstaan. Weer weigerde ik. Ik werd bespot en met geweerkolven in de rug geduwd om mij toch met de voeten op dat vaandel te krijgen. Het was een belachelijk schouwspel!

Ze sloten mij drie dagen op in een barak met stinkend konijnenmest. Dan kwam ik terug vrij.

Het gewone leven ging verder en ik werkte weer op de boerderij over de grens. Enkele dagen later werd ik, bij mijn terugkeer, binnengeroepen in de Duitse grenspost. De dienstdoende Duitser nam mijn grenspas af waarop ik hevig begon te schelden. Dat was waarschijnlijk te veel want ik werd aangehouden en overgebracht naar de Feldgendarmerie in Maaseik.

Vandaar ging ik via de kazerne naar de gevangenis in Hasselt. Het was ondertussen de derde oktober 1943. Ik werd veroordeeld zonder zelf het proces bij te wonen. Ondervraagd werd ik ook niet. Mijn straf: zes maanden gevangenis wegens verzet tegen de Duitsers.

De cellen van de vrouwenafdeling zaten overvol. Er verbleven politieke gevangenen maar ook gevangenen van gemeen recht die voor diefstal of andere misdrijven aangehouden waren. We zaten met meerderen in een cel.


Gevangenis in Hasselt

Iedere dag werd die cel gecontroleerd door een Feldwebel. We mochten ook iedere dag een luchtje scheppen op de binnenkoer van de gevangenis. De rest van de dag zaten we in ‘onze kooi’. In een hoekje stond een emmer om onze behoeften te doen. De matrassen lagen overdag opgestapeld op een brits. ’s Avonds legden we ze, naast elkaar, op de grond.

Na enkele weken mocht ik helpen in de keuken en de grote koffiekan door de gang dragen. Zo zag ik de vrouwen die in de cellen zaten. Soms hoorden we ook vrouwen ‘kermen’ na een ondervraging. Op 9 februari 1944 mocht ik opeens de gevangenis, vervroegd, verlaten.

Terug thuis nam ik mijn verzetsactiviteiten terug op. April 1944 werd een zeer drukke maand: we moesten 16 mannen naar Luik brengen.

Op 30 mei moest ik mij, in dienst van het verzet, begeven naar een aangeduide woning. Hier moest ik typewerk verrichten. Maar ik zorgde ook voor het bijeenhalen van proviand voor onze familie. Ik was veel ‘op weg’ met mijn fiets. Regelmatig vervoerde ik ook materiaal voor de weerstand. Zo zaten eens een vijftal granaten verstopt in een zak aardappelen die ik op mijn fiets vervoerde. Gelukkig werden ze niet gevonden bij een controle.

De eerste dagen van juni waren kalm. Op 6 juni landden de geallieerden in Normandië. Het einde van de oorlog kwam in zicht! We bleven echter actief ook in het overbrengen van vliegtuigbemanningen.

Het was een spannende tijd in augustus 1944. De geallieerden rukten steeds verder op. De Duitsers waren onrustig en trokken met alle mogelijk vervoer huiswaarts.

In september kregen we bericht dat we moesten verzamelen in het schuiloord te Rotem. De verschillende brigades en secties van het Geheim Leger kregen een plaats aangewezen in de dichte bossen tussen Rotem-Opoeteren en Neeroeteren.

  
Een bosrijke omgeving                                                 De Welvaart

De staf was gelegerd in ‘De Welvaart’ en in een burgerhuis achter het kanaal gelegen. In de nabijheid lag ook een zinkfabriek.

Dagelijks werd, in grote ketels, soep gekookt die dan verdeeld werd aan de verzetslieden in de bossen.

Onze bewapening was slechts zeer pover: een 20-tal machinegeweren en enkele handgranaten. De beloofde ‘parachutage’(wapendropping) van materiaal bleef uit.

De derde dag ’s avonds regende het, het werd een echte zondvloed. De gebrekkige dakbedekking van de zelf gebouwde hutjes was niet bestand tegen zoveel water. Velen ontvluchtten de bossen en zochten beschutting in de huizen achter het kanaal. ’s Anderendaags werd weer veel hersteld.

Ondertussen waren meerdere wegtrekkende Duitsers gevangen genomen en opgesloten in een zaal op de zinkfabriek in de nabijheid. Hierbij waren ook een enkele leden van de Zwarte Brigade.


Spoorwegbrug over het kanaal

Zaterdag, 9 september 1944, in de vroege namiddag werd er geschoten van de andere kant van het kanaal. Onze weerstanders die de bruggen bewaakten zochten dekking en antwoordden met geweerschoten. Voor ons viel hierbij de eerste dode, een ontsnapte gevangene van het concentratiekamp in Vught die reeds maanden ondergedoken leefde in de bossen in Rotem.

Ik kreeg een informatieopdracht: de troepenbeweging van de Duitsers navragen. Ik hoorde dat op de speelplaats van de zusterschool veel Duitsers waren met vrachtwagens en geschut.

Zondagnamiddag (10 september 1944) hoorden we weer geweerschoten. Een tiental vrachtwagens verspreiden zich in verschillende richtingen. De Duitsers omsingelden de nabije huizen. Daar werden meerdere leden van de staf gevangen genomen en ook burgers. Er werd tevens bezwarend materiaal in beslag genomen.

Op vrachtwagens werden de aangehoudenen naar As gevoerd. Hier brachten we de nacht door in een kelder van een privéwoning.

De volgende dag werden we, onder zware bewaking naar Hotel Mardaga in As gedreven. Hogere Duitse officieren ondervroegen ons en er werd een schifting gemaakt. Deze werd mede bepaald door de confrontatie met de vrijgelaten Duitse krijgsgevangenen. We moesten plaats nemen in gesloten vrachtwagens. Onderweg kwamen nog vier mannen ons vervoegen. Zij vertelden over een schietpartij in Opglabbeek waarbij tien weerstanders standrechterlijk doodgeschoten werden. Hierbij vielen twee van mijn zussen als slachtoffers maar hij vernoemde maar een om mij een beetje te sparen.

 
     

We werden naar Heer gebracht waar we weer, met 26 personen, in een kelder werden opgesloten. Boven ons zaten gevluchte leden van de Sicherheitsdienst van Hasselt en Bilzen.

De dag daarop werden 12 mannen uit de kelder gehaald en een 500 meter verder vermoord.

 
 

De lijken lagen verborgen onder de takken

De veertien overblijvenden moesten weer op vrachtwagens plaatsnemen. We lagen op de bodem en werden bewaakt door gewapende leden van de Zwarte Brigade. Deze tocht eindigde in het patronaat te Schinveld. In een hoek van de zaal lag wat stro. Onze bewakers bakten spek op een groot fornuis en aten smakelijk. Wij hadden sedert onze aanhouding alleen een klein stuk brood, enkele tomaten en wat water gehad. De nacht brachten we door liggend op stro.

De volgende morgen werden enkelen van ons ondervraagd door Max Gunther (Emiel Van Thielen Antwerpenaar) en enkele Duitse officieren. Ze hadden bezwarend materiaal gevonden in Rotem.

Op 14 september 1944 werden 7 mannen van onze groep opgeladen op een open vrachtwagen. Er werd hun gezegd dat ze, in het nabij gelegen Duits dorp Minder-Gangelt, gaten moesten graven om benzinetonnen te verstoppen maar het werd hun eigen graf! Hun lijken werden pas zeer laat gevonden (in mei 1946; later overgebracht naar België).

 


Diezelfde dag werden de zeven overgeblevenen, met auto’s meegenomen naar Düsseldorf en daar in cellen opgesloten.

Hélène Vanlaer en ik werden overgebracht naar een strafkamp in Ratingen. Wat daarna met de vijf mannen gebeurde wisten we niet. Wij sliepen op een zolder met een honderdtal Russische vrouwen. We moesten allemaal werken in de gieterij van staalfabriek ‘Siebeck’. We sliepen op dunne strozakken op de vloer. In een hoek stond een oude ton om onze behoefte te doen. Die ‘Kûbel’ werd iedere dag geledigd. De nieuwelingen,wij dus, moesten dit vies karweitje opknappen. Langs een steile, smalle trap droegen we de ton naar de binnenkoer om ze te ledigen in de W.C.

Op een zondag waagden we onze ontvluchting via een klein venster dat uitgaf op een smalle gracht achter de fabriek. Via braakland bereikten we bomen en struiken die wat beschutting gaven. Wat verder, op een veldweg, werden we door een landbouwer (tewerkgestelde Pool) verstopt, onder het gras, op zijn kar. Hij bracht ons naar een afgelegen huisje waar men ons de weg naar Nederland toonde. Langs de openbare weg maar onder beschutting van bomen en struiken, volgden we de aangegeven richting. Een Nederlandse melkverkoopster die we ontmoetten, gaf ons brood en 10 mark. Ze raadde ons aan de tram te nemen tot Möers, dicht bij de grens.

Bij een controle werden we aangehouden door de geheime politie en overgebracht naar de gevangenis van Duisburg. Na een week bracht men ons weer naar Straflager Ratingen. Nu moesten we onze kleding afgeven en kregen we enkel een lap stof die we samenbonden onder onze oksels. Na veel plagerijen en vernederingen van de kampcommandant werden we korte tijd later op transport gezet naar KZ Ravensbrück. De tocht per trein duurde twee dagen in volgepropte wagons met hongerige, dorstige mensen. We kregen slechts enkele slokken water dat met emmers werd gebracht als de trein, gedurende de dag, stil stond. Tijdens de nacht reden we verder. We wisten niet wat er ons aan het einde van deze reis te wachten stond.

 

Ravensbrück was een kleine gemeente in de buurt van Fürstenberg, het eindpunt van onze reis. De voettocht naar het kamp was een ware kwelling, een martelgang van uitgeputte en uitgehongerde gevangenen, voortgedreven door de SS-bewaking.

Na aankomst in het kamp liet men ons uren lang, naakt, buiten wachten. Men perste ons in de badruimte en daarna werden al de lichaamsopeningen onderzocht. Na een scheerbeurt wierp men ons andere kleding toe. Het waren afgedragen jurken en broeken waarop we onze nummer en driehoek moesten bevestigen. Ondergoed was er niet bij.

Hélène en ik kwamen in blok 26 terecht waar bijna uitsluitend Poolse vrouwen zaten. De stapelbedden waren drie hoog. Er lag een heel dunne strozak en een dunne lap die diende als deken. Omdat er te weinig plaats was sliepen we met twee tot drie in een bed.

We kregen een nummer (ik had 72 968), we hadden geen naam meer! Dit nummer en een rode driehoek met een B (België) werden op mijn groen, breed, uitgerafeld kleed genaaid. Onze ontvluchting leverde een grote rode cirkel op onze rug op.

De appèls waren vreselijk. Urenlang stonden we, onbeschut, in de regen, in de wind, in de ijzige koude of in de hitte totdat iedereen geteld was. Veel gevangenen, die ziek en verzwakt waren, hadden vaak niet meer de kracht om deze kwellingen te doorstaan. Er vielen iedere dag nieuwe slachtoffers.

Wij werden ingezet in de buitencommando’s: boomstronken uitgraven en kappen, kiepwagentjes laden met zand, voortduwen en opnieuw lossen. Hiervoor moesten we, in colonne, buiten het kamp, onder zware bewaking van de SS.

Vooral de vrouwelijke SS officieren waren wreed en gemeen. Ze ranselden met een gummislang en gebruikten vernederende woorden waarvan de betekenis niet moeilijk te begrijpen was: Müselman, drecksau, arsloch enz.

Het gebrek aan water en zeep leidde tot vervuiling een reden te meer om als minderwaardig te worden aanzien door de Duitsers. Door de ontberingen en de koude werden velen aangetast door allerlei infecties, ook de gevreesde tuberculose. Als de Duitsers dit ontdekten, waren deze gevangenen gedoemd om te sterven, in de gaswagen of door dodelijke injecties, daarna naar het crematorium.

Ondanks dit slavenwerk kregen we bitter weinig voedsel: ’s morgens een halve liter erzatskoffie, ’s middags een lepel dunne watersoep, ’s avonds een stukje brood. Het was niet mogelijk iets van dit brood te bewaren want het was slechts minimaal en het gevaar voor diefstal was te groot. Iedereen leed honger, dag en nacht! De toestand werd slechter naar het einde van de oorlog toe: er was een enorme toevoer van gevangenen het laatste jaar. Ze waren niet meer in staat deze massa te voeden. Alle barakken zaten overvol en er kwamen nog altijd nieuwe transporten.

We werden ook erg geplaagd door luizen. Vooral gedurende de nachten vormden zij een ware kwelling. Om niet bestolen te worden, sliepen we in onze kleren. Elke avond, na terugkeer van het werk, zaten we gehurkt op onze strozak, om de naden van onze kleding na te kijken want daar zaten de meeste luizen.

Het was onze dagelijkse zorg om toch maar een beetje onze menselijke waardigheid te behouden. ’s Morgens was het ook moeilijk om, in de overbevolkte wasruimte, een beetje water te bemachtigen teneinde de hoogst noodzakelijke lichaamshygiëne in stand te houden.

Nog een groot probleem was de diarree waar veel gevangenen mee geconfronteerd werden. Ze hadden dikwijls niet de mogelijkheid om de emmers (Kübels) tijdig te bereiken en dikwijls werden deze omgestoten in het gedrang.

De dagen duurden lang, de honger knaagde. ‘s Nachts droomden we  regelmatig van de welgevulde tafel thuis tot het brutale wekken van de Stube- of  Blockälteste ons in de harde realiteit terugwierp. Er stond ons weer een lange, zware werkdag te wachten met altijd die knagende honger.

Op een morgen in november, het was bitter koud, sorteerden burgers die samen met de SS bij het ochtendappel aanwezig waren, een groot aantal gevangenen. Wij waren erbij.

In de kledingblok kregen we een blauwe broek en een jas met gele geverfde strepen. Mijn nummer werd 12.176. Een ander nummer betekende transport. Waarheen?

We vertrokken per trein voor een korte reis naar een kleiner kamp met een 1 500 personen. Het kamp bevond zich buiten Wittenberg en was een commando van Sachsenhausen. Een eind buiten het kamp lag de vliegtuigfabriek ‘Arado’ waar we 12 tot 14 uur per dag tewerkgesteld werden.

De weg tussen kamp en fabriek moest, te voet,  in snel tempo afgelegd worden. Soms was er luchtalarm waarbij de omgeving bedekt werd door een rookgordijn. We lagen buiten en luisterden naar het geluid van de overvliegende geallieerde vliegtuigen. We genoten ervan. Een gedeelte van de fabriek was reeds vernield. We hoopten dat de bevrijding niet lang meer op zich liet wachten!

De behandeling was dezelfde: dunne strozakken, weinig voedsel, weinig water. De  toiletten bestonden uit putten waarover stokken lagen, moeilijk om daarop te zitten, de ene naast de andere, een vuile, stinkende bedoening. Deze putten moesten we leegscheppen met emmers, de drek in een grote ton, die op een kar stond,  kippen en deze dan trekken tot op een open veld waar we de uitwerpselen moesten uitspreiden. Ik herinner mij nog goed dat ik daarin eens een pakje vond met enkele aardappelen. De verleiding was zo groot dat ik besloot ze te verstoppen om ze later op te eten. Ik heb er even van geproefd maar besefte dat dit niet kon. Ik was nog steeds een menselijk wezen dat moest vechten om te overleven en dit opeten betekende de dood!

De winter was zeer koud. Op de appelplaats moesten we urenlang staan, vooral op zondag als er niet gewerkt werd in de fabriek. We werden verplicht Duitse liedjes mee te zingen met de andere gevangenen. We hadden echter geen reden tot zingen, we hadden honger en kou. Ik had een stuk papier kunnen bemachtigen om onder mijn jas te stoppen. Zo was mijn lichaam toch een beetje beschermd tegen de bijtende wind want we hadden geen ondergoed, geen kousen, alleen oude lappen om de voeten een beetje te beschermen.

Zekere dag moesten we naar de ontluizing. Het sneeuwde. In groepen moesten we ons ontkleden buiten voor de ontluizingkamer, onze kleding binnen (waar het zeer warm was) hangen en naakt in de sneeuw wachten tot de kleding luizenvrij gemaakt was.

’s Avonds was ik doodziek. Ik voelde een stekende pijn op mijn borst die diep ademhalen bijna ondraaglijk maakte. Ik trachtte zoveel mogelijk de pijn te verbergen uit angst voor opname in de Revier (kampinfermerie). Ik wist dat de Duitsers doodsbang waren voor tuberculose en dat ik weinig kans had op overleven als ze deze ziekte zouden ontdekken. Ik moest volhouden, het kon toch niet meer zo lang duren!

De dagelijkse tocht naar de fabriek heen en weer, de lange werkdagen waren een helse kwelling. De verzwakking was algemeen, velen hadden daarbij nog etterende wonden, de luizenplaag was optimaal. De winter was hard, de nachten zeer koud met slechts een dun dekentje om ons te bedekken. We probeerden onze lichaamswarmte te verhogen door dicht bij elkaar te liggen.

Er verbleven ook een aantal zigeuners in het kamp. Zij verzamelden ongedierte zoals spinnen, vliegen, wormen… om op te eten. Dit werd op zekere dag ontdekt door de SS. Het gevolg was dat iedereen, op zondag, een ganse dag moest ‘straf staan’.

Dagen en weken gingen voorbij. De ellende werd steeds erger. De meeste gevangenen hadden diarree. Dikwijls sijpelde door de bovenliggende strozakken een geelgroene vloeistof van de ontlasting, op de gevangene die beneden lag. Velen hadden geen controle meer over hun zieke ingewanden. De stank was soms ondraaglijk.

Toen de eerste gevallen van vlektyfus vastgesteld werden kregen de Duitsers schrik. Deze zieken werden afgezonderd. Wat er met hen gebeurde wisten we niet.

Wat ons overeind hield was de verwachting van de bevrijding!

Het was midden april 1945. De Duitsers werden onrustig. Uit een gesprek tussen burgers vingen we iets op over de oprukkende Russische troepen. Vanuit het kamp zagen we talrijke burgers voorbijtrekken, zwaar beladen, met allerhande vervoermiddelen. Ze waren op de vlucht voor de naderende Russische legers.

Ook de SS officieren en de bewakers maakten zich klaar om te vertrekken. We vreesden dat ze ons zouden meenemen op hun tocht. Het ongelooflijke gebeurde echter. Ze sloten de poort en lieten ons onbewaakt achter de elektrische draadversperring.

We hadden de laatste dagen geen voedsel meer gehad en we besloten de gebouwen en de keuken van de SS te overvallen. Er lagen aardappelen, gedroogde groenten, emmertjes confituur… We vochten om toch maar iets te bemachtigen. We waren uitzinnig van vreugde.

Plots werd geroepen dat de Duitsers terugkwamen. De verwarring was groot. Er werd geschoten op de gevangenen die aan de SS gebouwen rondliepen. Ik kreeg een slag met een geweerkolf op mijn rug terwijl ik met aardappelen naar de barak vluchtte.

De SS vertrok een tweede maal. De draadomheining werd doorgesneden en een juichende massa gevangenen liep de vrijheid tegemoet! Zelfs de zieken die nog een beetje konden bewegen, strompelden het kamp uit.

Wij, de Belgen, wachtten af. Mogelijk stond de SS ergens verdekt opgesteld om de vluchtende gevangenen te beschieten en te doden.

Het was ondertussen 23 april 1945. We bleven in onze barak en kookten, in een oude buitgemaakte emmer, de aardappelen met de gedroogde groenten. We maakten een vuur met het hout van de stapelbedden. Dat was een heerlijke maaltijd!

In de late namiddag zagen we de eerste Russische soldaten. We kregen een klein stukje spek.

Wij bleven in de barak terwijl buiten het gevecht begon. Het kamp lag midden tussen de Duitse Volkssturm (oude mannen en jonge knapen) en het Russisch leger. Inslagen van kogels en granaten verplichtten ons op de grond te liggen. Plots werd er geroepen dat de barak in brand stond. We vluchtten naar een andere barak. Een van ons werd, in de borst, getroffen door een kogel. In de volgende barak sleepten we haar mee naar binnen. De wonde verzorgen konden we niet want we hadden geen materiaal. Het gevecht en het schieten gingen nog uren verder. Liggend op de grond wachtten we het einde af. Uren gingen voorbij, het werd avond. We vonden een oude, vuile deken en sleepten daarin onze gewonde mee naar een bunker. Van een gevechtspauze maakten we gebruik om een strozak te halen. Het kon niet baten. Berthe uit Leuven is die nacht overleden. We moesten haar achterlaten!

Zelf probeerden we tot bij de Russen te geraken. Zij gaven ons zwart brood en stuurden ons weg van Wittenberg. Diezelfde avond kregen we onderdak in twee vertrekken van een oud leegstaand huis. De Russische soldaten brachten ons soep en gebraden eend. Wat een overvloed! Het was echter niet verstandig veel te eten. Onze maag en ingewanden raakten ontsteld.

De Fransen uit de kamers boven ons, vertrokken. Wij namen onze intrek in die kamers: er stonden bedden met echte matrassen en kussens. Wat een weelde!

Ik lag de ganse dag op bed. Ik voelde me ziek en doodmoe.

De Russen brachten ons voedsel, ook melk en eieren, konijnen, kip…zelfs een klein varken.

Het duurde nog tot 10 mei 1945 voor we de Elbe konden oversteken. Weer verliepen enkele dagen voor we van de Russen toelating kregen om over de Mulde te sukkelen. Nu werden we opgevangen door de Amerikanen. Zij brachten ons naar een kamp dicht  bij een fabriek. We kregen eten en drinken en sliepen in echte bedden!

 
Sieske in Lager Gertrude

Ik was zo ziek en moe dat ik zelfs overdag buiten, op enkele dekens, op het gras sliep. Op 19 mei kwam een passerende dokter naar me toe en nam me mee naar een ziekenhuis. Enkele dagen later kwamen de andere Belgen me bezoeken en vertelden dat ze huiswaarts mochten. Ik kon en mocht niet mee!

Ik bleef  in dit hospitaal van de I.G. Farben in Bitterfeld tot einde mei 1945. Voor een  röntgenfoto moest ik naar een ander gebouw. De verpleegster die mij bracht verdween even en ik maakte van de gelegenheid gebruik om te vluchten. Gelukkig kreeg ik hulp van een oudere burger. Zijn vrouw gaf me eten en een bed voor de nacht. Ze brachten mij naar het station waar een trein naar België zou vertrekken. We wachtten maar…. er kwam geen trein. Uiteindelijk kwam ik weer op een ziekenzaal terecht.

In ons ‘zebraplunje’ moesten we de begrafenis van acht Politiek Gevangenen bijwonen die  nog na de bevrijding vermoord werden. De Amerikanen filmden deze begrafenis (bewijzen) en verplichtten de Duitse burgers de lijken te groeten. Gelukkig werd ik daarna overgebracht naar het vliegveld van Halle (bij Leipzig) vanwaar ik zou gerepatrieerd worden naar België. Na enkele dagen mocht ik, op 8 juni 1945, mee met een troepentransportvliegtuig tot Bierset.

Uiteindelijk vond ik mijn ‘thuis’ terug. Een onbeschrijflijke vreugde bij het weerzien van mijn ouders en zussen.

De mededeling van het overlijden van mijn twee zussen was echter weer een zware slag. Ik kon en wilde niet begrijpen en aanvaarden dat mijn twee zussen niet de kans hadden gekregen om te overleven. Zij waren zonder vorm van proces, laffelijk vermoord! Ik kreeg die kans wel en overleefde de hel!

 
  

Uitbundig onthaal bij terugkeer

Nadat ik twee weken thuis verbleef moest ik naar Zwitserland voor de verzorging van de opgedane tuberculose.. Hier verbleef ik nog meer dan een jaar.

 
Sieske getuigt voor de leerlingen

 
Bij een herdenking in Ravensbrück (midden met vlag P.G.)
  

 

Sieske getuigde meermaals van de doorstane gruwel en zette zich jarenlang in voor de Politieke Gevangenen en voor het G.L.

Nu probeert ze van haar ‘oude dag’ te genieten ondanks de lichamelijke kwalen die nog steeds het gevolg zijn van haar gevangenschap in de kampen.

 


Sieske, gij zette, zoals zo veel andere Politiek Gevangenen, uw leven in voor onze vrijheid. Wij zijn u dankbaar en geniet nog veel jaren in uw thuis aan de Maas in Aldeneik.


Naschrift: Sieske overleed in maart 2016.
We namen op een waardige, serene manier definitief afscheid van haar.
Hopelijk heeft ze de ware VREDE gevonden!

________________________________

Inhuldiging Herdenkingspaneel in Willebroek - Voorblad - Inhoud
van de gedeporteerden per trein vanuit het fort van Breendonk 


Voorkant paneel, hieronder het detail van de teksten


 






 Op de achterkant van het paneel staat een grote kaart


Klik op
Grote kaart  voor een vergroting in een apart scherm (.pdf)

________________________________

Toespraak "Het Truweel" - Voorblad - Inhoud

“Geachte aanwezigen,

Ik sta hier als vertegenwoordiger van De Vrijmetselaarsloge ‘ Het Truweel’ .  De Vrijmetselarij heeft tot doel het zoeken naar waarheid en vervolmaking van de mensheid. Onze werkplaats,  Het Truweel,  zet zich o.a. in om de herinnering aan de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog levendig te houden.

Wij verenigen een groep mensen die vrijheid, gelijkheid en broederlijkheid hoog in hun vaandel dragen en daarbij een bijzondere symboliek hanteren.

Het is voor de loge ‘Het Truweel’ daarom belangrijk om,  in wat wij de profane- of dagelijkse wereld noemen een aantal belangrijke gebeurtenissen in  herinnering te houden. Symbool hiervoor staan o.a.

-          Het Fort van Breendonk waar we al bijna 30 jaar een jaarlijkse herdenking houden ter herinnering aan de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog. Het Fort Van Breendonk staat symbool voor het onnoemelijke lijden van de Politieke gevangenen in België tijdens de Tweede Wereldoorlog. Voor velen was dit echter geen eindpunt: Zij werden per trein overgebracht naar de concentratiekampen in het Nazi-Duitsland

-          Ook de Dossinkazerne als transitgevangenis voor de deportatie naar Auschwitz – Birkenau is een pijnlijk symbool. Verder:   De gevangenis van Antwerpen in de Begijnenstraat waar we dit jaar een gedenkplaat konden onthullen ter nagedachtenis aan de Politieke gevangenen die van hun vrijheid beroofd werden omdat ze trouw bleven aan hun idealen en gedachtengoed. Een plaats waar we op 8 mei ook steeds aanwezig zijn bij de herdenking.    En nu ,vandaag, deze gedenkplaat aan het station van Willebroek vanwaar ook verschillende transporten vertrokken zijn.

Wij wensen daarom, in samenwerking met Het Nationaal Gedenkteken Van het Fort Van Breendonk en de Gemeente Willebroek,   een herinneringspaneel aan die konvooien in te huldigen. Dit paneel is een eerbetoon aan de vele Belgen en Buitenlanders, gevangenen van het Auffang-Lager Breendonk, die vanuit Willebroek op transport werden gezet naar de concentratiekampen.

Vandaag juist 74 jaar geleden, op 09 november 1942 vertrok hier het vierde konvooi, met 238 mensen naar Mauthausen, slechts 38 van hen kwamen terug thuis. In de nacht van 9 op 10 november had ook de Kristallnacht plaats.

Dit alles willen we blijven herdenken, nu ook in de vorm van deze symbolische plaat, hier aangebracht. We zijn innerlijk tevreden dat we dit uiteindelijk hebben kunnen realiseren. Het is onze vaste overtuiging dat deze gruwelijke daden nooit mogen worden vergeten en zich zeker nooit mogen herhalen. We blijven ook hopen dat deze symbolen leiden tot reflectie en de mensen aanzet om niet te geloven in het “wij en zij verhaal.” We danken jullie om zo talrijk aanwezig te zijn waardoor deze plechtigheid voor ons allen nog meer aan belang wint.

Ik wens ook van het Fort Van Breendonk de voorzitter van de raad van beheer, de heer Baudouin Somers, de conservator Olivier van der Wilt, historicus Lawrence Van Haecke en evenementen- coordinator Herbart Beyers te danken voor hun steun.  Ik wil eveneens de burgemeester van de gemeente Willebroek de heer Eddy Bevers en het personeel van de gemeente Willebroek danken voor de steun bij het realiseren van deze plechtigheid en het logistiek plaatsen van deze plaat. Ook dank aan allen die hebben meegewerkt om dit vandaag mogelijk te maken…”

Er werd dan een gedicht voorgelezen van de hand van de dochter van Breendonkgevangene Jean Dubois(audio).

Daarna werd brengen het lied de Moorsoldaten (audio) gezongen in de originele Duitse versie.

Nadien werd voor elk transport een roos neergelegd en volgden bloemstukken van de vaderlandslievende verenigingen. 

Ter afsluiting werd er een drankje aangeboden in het Fort van Breendonk.

Voor een fotoverslag van de inhuldiging, zie Herinneringspaneel gedeporteerden Breendonk vanuit station Willebroek

________________________________

64ste verbroken boeien ereleden dienstjaar 2017 lijst 1 - Voorblad - Inhoud



________________________________

Geachte ereleden (en wie nog erelid wil worden)

mogen wij Jullie van harte danken voor het gegeven gevolg op ons schrijven van 14/12/16. De hernieuwing van erelidgelden kwamen zeer goed toe op onze rekening. Zij die nog niet hun erelidgeld voor 2017 hebben hernieuwd kunnen dit nog steeds doen op ons rekeningnummer BE 35 0000 9269 6937, Verbond Breendonk Leuven, Sint-Maartensstraat 43/1 - 3000 Leuven. Wij zouden Jullie hiervoor geweldig dankbaar zijn.

Onze lijst werd afgesloten op 24/01/2017. De gelden die nu binnenkomen worden de opgenomen op onze 2de erelijst. Onze bijdragen blijven de volgende

Super- ERELID, € 30 of meer
Symphatisant Steunend Lid € 25
Sympathysant Lid   €20

Graag vermelding ERELID 2017.

Wij hopen verder op uw steun te mogen rekenen met dank bij voorbaat. Onze slogan is Eens Breendonkenaar altijd Breendonkenaar.

De secretaris - Penningmeester

Six Achiel

________________________________

Uitnodiging herdenking overlijden Koning Albert I -
Voorblad - Inhoud

Het college van burgemeester en schepenen nodigt u uit op
de plechtigheid ter nagedachtenis van het overlijden
 van Zijne Majesteit Koning Albert I op vrijdag 17 februari 2017.

Programma:

- 18.15 uur: samenkomst in de wandelzaal van het stadhuis;
- 18.30 uur: ontsteken van de fakkels, bloemenhulde en blazen van de 'Last Post';
- 18.40 uur: optocht naar het monument van Z.M. Koning Albert I;
- 18.50 uur: bloemenhulde aan het monument, blazen van de 'Last Post';
- 19.00 uur: drink in de wandelzaal van het stadhuis.


             Gust Vriens                                                                        Dirk Vansina
           stadssecretaris                                                            schepen van burgerzaken,
                                                                                               monumentenzorg, jeugd,
                                                                                             feestelijkheden en toerisme

________________________________

Jaarlijkse bloemenhulde door de Verbroedering  "Geheim Leger" - Voorblad - Inhoud

Secretariaat: Vandenbempt J.F.C.
                    Er.Ruelenspark 35/208
                    3001   Heverlee
                    Tel. 016/35.62.42                             LEUVENn 30 december 2016

Beste vrienden Weerstander, Oudstrijder en Sympathisant,

Op datum van 24 maart 2017 om 10 uur, zal traditiegetrouw door onze verbroedering "GEHEIM LEGER" de jaarlijkse bloemenhulde gehouden worden aan de gedenkplaten, wijlen Lt-Kolonel BEGAULT Louis en Commandant LAMBERT Jean, stichters en leiders van onze Verbroedering. Deze plechtigheid zal doorgaan in de kazerne van en te HEVERLEE.

Wij zullen samen met ons vaandel en de aanwezige Vaderlandslievende verenigingen met hun vaandel, gesteund door de Militaire Overheid, deze plechtigheid opluisteren.

Iedereen is uitgenodigd en wordt verwacht om ten laatste tegen 09u45 aanwezig te zijn. Stadskledij verplicht, Eretekens zijn gewenst.

Na de plechtigheid is iedereen uitgenodigd op de receptie, aangeboden door Onze verbroedering, in de militaire Mess.

Het zou ons een groot genoegen doen, U, zo talrijk mogelijk te mogen begroeten op deze plechtigheid, waarvoor onze beste dank bij voorbaat.

Met kameraadschappelijke groeten en tot kijk.

                                                                                                      Namens het bestuur
                                                                                                      Vandenbempt J.F.C.
                                                                                                      Secretaris

 PARKING in Kazerne "GRATIS" voorzien

 ________________________________

Overlijden Generaal van het Vliegwezen August Van Daele -
Voorblad - Inhoud

  

Generaal van het Vliegwezen b.d. August Van Daele is op 8 januari 2017 overleden. Hij werd op 25 februari 1944 te Sint-Niklaas geboren en was Chef Defensie (CHOD) van 1 januari 2003 tot 2 april 2009.

Hij heeft een hele reeks innoverende en gunstige maatregelen in de schoot van Defensie ingevoerd.

Wat belangrijk is voor de herinnering is het feit dat hij, samen met Minister Flahaut en oud-gevangene en toenmalige voorzitter Professor em. Roger Coekelbergs, de renovatie van het Nationaal Gedenkteken Fort van Breendonk heeft mogelijk gemaakt Dit had voor gevolg de redding van de instelling die een nieuwe impuls kreeg.

De gemeenschap van de oud-gevangenen van Breendonk, van de politieke gevangenen en sympathisanten blijven hem erkentelijk hiervoor.


   
 

 ________________________________

 Vriendenkring Esterwegen - NN - Voorblad - Inhoud

Reis naar de kampen Gross-Rosen, Auschwitz en Mauthausen
van 13 t.e.m. 20 augustus 2017

Brussel, januari 2017 (mail van 31/01/2017 om 14h 07

Beste Vriendin, Beste Vriend,

Zoals reeds aangekondigd werd zullen wij in de zomer van 2017 opnieuw een paar voormalige concentratiekampen bezoeken. De reis zal plaatsvinden in augustus met vertrek op zondag 13-08 en terugreis op zondag 20-08.

Het programma ziet er uit als volgt:

Dag 1

Omdat wij een lange afstand moeten overbruggen wordt de eerste dag volledig gewijd aan het overbruggen van kilometers. Wij rijden tot Dresden, waar wij overnachten. Een interessante stad die wij spijtig genoeg niet zullen kunnen bezoeken.

Opstapplaatsen zijn Brussel (Centraal Station), Leuven (parking aan E314 afrit 20) en As (Dorpsstraat).

Indien er voldoende inschrijvingen zijn uit die regio zullen wij ook opstapplaatsen voorzien in Mechelen (station) en Antwerpen (Berchem, Borsbeekbrug).

Uurroosters zullen later worden meegedeeld. Wij kunnen nu al stellen dat het vertrek op dag één ‘vroeg’ zal moeten gepland worden.

Dag 2

Bezoek aan het kamp Gross-Rosen.

Daarna rijden wij tot Krakau waar wij drie nachten zullen verblijven in een 4-sterren hotel.

Overnachting in Krakau.

Dag 3

Deze dag wordt uitgetrokken voor een alternatief programma.

Er zijn drie mogelijkheden:

Ofwel blijf je in het hotel en maak je er een rustdag van.

Ofwel bezoek je in de voormiddag de zoutmijn in Wieliczka.
Deze optie is niet geschikt voor iedereen. Het bezoek begint met een afdaling van 350 treden!
Het ondergronds parcours beslaat ongeveer 3 kilometers en nog circa 450 treden.
De temperatuur ondergronds bedraagt circa 14°C en de loopoppervlakte is oneffen.
Dit bezoek wordt georganiseerd indien er genoeg interesse is (minimaal 12 personen) en is apart bij te betalen (€ 25).
Na het bezoek aan de zoutmijn worden de deelnemers afgezet aan Wawel (zie punt 3) voor een vrij stadsbezoek.

Ofwel geniet je van een vrije dag in Krakau.
’s Ochtends brengt de bus je tot aan Wawel (het voormalige slot van de Poolse koningen van Krakau). Na een bezoek aan het kasteel is het een korte wandeling naar het oude centrum met de Rynek Glówny, het prachtige centrale marktplein dat Unesco erfgoed is met het historisch museum onder de grond.
Ter plaatse bieden talloze toeristische busjes hun diensten aan.

Dag 4

Bezoek aan Auschwitz en Birkenau.
In de namiddag bezoeken wij de Gestapo kelders in Krakau en rijden wij langs de potten en pannen fabriek waar Oskar Schindler honderden Joden redde door ze te werk te stellen.

Vooraleer terug te rijden naar het hotel bezoeken wij de Apteka Pod Orłem, tijdens de nazi bezetting de enige apotheek in het getto van Krakau.

Dag 5

Wij verlaten Polen en rijden door Tsjechië naar Oostenrijk.

Onderweg maken wij geregeld tijd voor een koffiepauze.

Wij overnachten in Ansfelden.

Dag 6

Bezoek aan het kamp Mauthausen.

Bij het wegrijden houden wij halt aan de steengroeve.

Het vervolg van de rit gaat tot Nürnberg waar wij tweemaal zullen overnachten.

Dag 7

Wij beginnen de dag met een bezoek aan het Memorium, het kleine museum in het gerechtsgebouw waar de Nürenberger processen plaatsvonden. Daarna rijden wij langs het imposante Reichsparteitagsgelände waar de grootheidswaanzin van Hitler en de zijnen tastbaar is.

Tegen de middag worden wij afgezet aan de binnenstad voor een vrij bezoek aan Nürnberg.

Dag 8

Terugreis met uitgebreide lunchpauze.

 

We sluiten onherroepelijk af als we 50 deelnemers hebben.

Inschrijven met bijgevoegd formulier zo snel mogelijk (vóór 30 april 2017) bij:

Nicole DESLOOVERE.

per brief: d’Oultremontstraat 26A, bus 4 te 1040 BRUSSEL
per mail: desloovere_nicole@yahoo.fr  
per telefoon: 02/736.65.03 (met antwoordapparaat).

Bankrekening BE28 0015 8361 4320 – BIC = GEBABEBB van de Vriendenkring Esterwegen–1040 Brussel.

De prijs voor deze reis is € 650 p.p. in 2p-kamer. In deze prijs zijn het vervoer, de overnachtingen met de diners (zonder drank) en de entrees (met uitzondering van de zoutmijn in Wieliczka) en gidsen inbegrepen.

Voor een 1p kamer moeten we een toeslag van € 135 rekenen en komt de reis op € 785.

Gelieve bij inschrijving een voorschot te betalen van € 200 p.p.

Een reis- en annulatieverzekering wordt aangeboden voor diegenen die het wensen aan € 30 p.p. Gelieve deze samen met het voorschot te betalen.

Omdat het bezoek aan de zoutmijn facultatief is moeten we hiervoor € 25 extra rekenen. Ook dit bedrag samen met het voorschot storten a.u.b.

Wij hopen op talrijke deelname en wijzen er nogmaals op dat lidmaatschap van de Vriendenkring Esterwegen en Nacht und Nebel geen voorwaarde is. Wij staan open voor allen.

Nicole       José       Hilde       Roger       Robert       Philip       Bernard

Het verleden is een mooi geschenk voor de toekomst

ANTWOORDFORMULIER (Invullen copieren en op een e-mail  plakken)

z.s.m. maar zeker vóór 30 april 2017 terug te sturen naar

Nicole DESLOOVERE,d’Oultremontstraat 26A, bus 4 - 1040 BRUSSEL
per mail : desloovere_nicole@yahoo.fr  

 

1. Persoonlijke gegevens

Naam :  ………………………………………………………. Voornaam : ………………………….…….

Adres :             ……     ……

Tel. …………………………GSM………………… e-mail ………………….……

zal graag deelnemen aan de voorgestelde bedevaart in mijn hoedanigheid van :

0 politieke gevangene
0 rechthebbende weduwe van  
0 rechthebbende wees van      
0 familie van   
0 sympathisant          

2. Vragen betreffende uw deelname

In het gezelschap van ……… perso(o)n(en)

Naam :  ………..…………….………Voornaam : ………………………Geboortedatum : …../…../…..
Naam :  ………..…………….………Voornaam : ………………………Geboortedatum : …../…../…..
Naam :  ………..…………….………Voornaam : ………………………Geboortedatum : …../…../…..
Naam :  ………..…………….………Voornaam : ………………………Geboortedatum : …../…../…..

Aantal te boeken kamers :  single…… dubbele …….     

Ik reserveer een of meerdere rolstoel(en) 5 ja     5 neen   Aantal : ………

Voorkeur opstapplaats

 

Brussel – Centraal station

 

Leuven – Kessel-Lo E314 afrit 20

 

Mechelen - station

 

Antwerpen – Berchem, Borsbeekbrug

 

Voorkeur aankruisen aub.

4. Te betalen

650 € per persoon in een dubbele kamer en 785 € in een individuele kamer
eventueel € 30 reis- en annulatieverzekering per persoon.
eventueel € 25 bezoek aan de zoutmijn van Wieliczka
Voorschot € 200 per persoon te storten bij inschrijving

Saldo te storten vóór 30 juni 2017.

    Datum :                                                                                                          Handtekening :

Oorlog: Mensen die elkaar niet kennen en die elkaar doodschieten in opdracht van
mensen die elkaar wel kennen en die elkaar niet doodschieten